Misschien heb je er al van gehoord, de G500. Een nieuw initiatief in de Nederlandse politiek. Het idee is om op eigen wijze een soort Amerikaanse superPAC te vormen. Ze noemen hun Nederlandse superPAC dan ook OranjePAC. PAC staat voor Political Action Committee. SuperPACs zijn in de VS groepen van geldschieters die een politieke partij of kandidaat steunen. Met het geld wat zij samenbrengen worden onder andere campagne spots gemaakt en uitgezonden. Deze spots zijn er vaker opgericht om de tegenpartij of tegenkandidaat in een kwaad daglicht te stellen dan om je eigen partij of kandidaat er positief uit te laten zien.
In de VS werkt dit natuurlijk bij uitstek zeer goed. Naast het feit dat filmpjes waarin politici compleet worden afgebrand daar als normaal worden ervaren, helpt het ook dat ze een tweepartijenstelsel hebben. Als je voor de één bent, ben je dus automatisch tegen de ander. De zwevende kiezer wordt door dit soort filmpjes over de streep getrokken. Al dan niet bewust blijft er een hoop narigheid over de kandidaten plakken in de achterhoofden van de stemmers.
In Nederland gaan ze het iets anders doen. De G500 wil in principe campagne voeren tegen de gevestigde conservatieve orde. Dit willen ze gaan doen 500 leden te werven die gaan ‘infiltreren’ bij de drie grote middenpartijen: CDA, VVD en PvdA. Verder willen ze de gevestigde orde aanpakken door te laten zien dat bepaalde politici verkeerde cijfers gebruiken in een argument. Hier gaven ze al een voorbeeld van bij Henk Bleker van het CDA toen ze bij “De Wereld Draait Door” zaten. Ten slotte willen ze ook zelf spots gaan maken. Dit doen ze als er in hun ogen een thema onderbelicht blijft tijdens de campagne.
Het idee is dus duidelijk: de gewone man nog beter een stem geven in de verkiezingstijd. Om dit te doen zegt oprichter Sywert van Lienden een bedrag van minstens € 500.000 euro nodig te hebben. Dit bedrag moet net als bij de superPACs in de VS uit donaties komen. Zeer verfrissend om eens een nieuwe ‘politieke partij’ te zien die niet mee gaat doen aan de verkiezingen, maar wel aan de campagne.
Geef een antwoord